1 MEI: 65 BLIJFT 65
1 MEI: 65 BLIJFT 65
Iedereen is welkom om een handtekening te zetten voor behoud van 65 als AOW leeftijd. We staan op de Koornmarkt van 13.00 tot 16.00 uur.
Op 1 mei wordt gevierd dat werknemers hun levensomstandigheden weten te verbeteren door in georganiseerd verband strijd te voeren. Op die dag gaan we in Almelo aandacht vragen over ons verzet tegen verhoging van de AOW leeftijd naar 67 jaar (een van de SPeerpunten in onze verkiezingscampagne). Als we ervoor zorgen dat zoveel mogelijk mensen tot hun 65ste werken (nu werkt maar 15 procent van de 60-jarigen en ouder), dan hoeft de AOW-leeftijd helemaal niet omhoog. Als mensen door willen werken dan moet dat mogelijk worden, tegen dezelfde rechten en plichten als andere werknemers.
65 blijft 65!
Raar maar waar: de meeste mensen willen dat iedereen recht houdt op AOW vanaf 65 jaar, maar de meeste politici willen naar 67. Diezelfde politici doen alsof dat al een gelopen koers is. Dat is het niet. Verkiezingen zijn er niet voor niets. Op 9 juni zullen kiezers hun stem gebruiken om te zeggen wat we met de AOW gaan doen. Nemen we mensen twee jaar AOW af, of gaan we zorgen dat mensen onder de 65 aan het werk komen?
65 is nog steeds 65
Eerst een misverstand wegnemen: in Nederland staat de AOW-leeftijd op 65 jaar, zoals Willem Drees het ooit geregeld heeft. Sommige politici doen alsof dat verleden tijd is. Mijn boodschap voor hen is: droom lekker verder.
Ook het Centraal Planbureau gaat in haar berekeningen uit van 65 jaar als leeftijdsgrens voor de AOW.
Geen draagvlak voor 67
In de politiek en al helemaal onder de mensen is geen draagvlak voor een verhoging van de AOW-leeftijd. Veel kiezers van PvdA en CDA zijn het over de AOW-leeftijd meer met de SP eens dan met hun eigen partij. Ook
de vakbonden blijven mordicus tegen morrelen aan de AOW-leeftijd.
Niet meer dan halfbakken plannen
De voorstanders van een hogere leeftijdsgrens zijn het helemaal niet eens over hoe hun AOW-plannen praktisch ingevuld moeten worden. De verkiezingsprogramma’s van VVD, CDA, D66, PvdA en GroenLinks gaan alle kanten op. De eerste drie willen zonder omkijken naar een AOW op 67, de laatste twee hebben allerlei mitsen en maren.
De SP wil vasthouden aan 65, maar wel ruimte bieden aan mensen die na hun 65ste door wíllen werken. Het gevallen kabinet heeft al die jaren geen enkele stap kunnen zetten. Dat betekent dat op 9 juni aanstaande 65 nog steeds 65 is, en dat de kiezer zijn stem kan gebruiken om zijn oordeel over al die AOW-plannen te vellen.
Daar zijn verkiezingen ook voor bedoeld!
Baseer je op feiten, niet op sprookjes
Na 9 juni zal een nieuwe Tweede Kamer met een nieuw kabinet een nieuw AOW-plan moeten maken. De AOW moet op termijn haalbaar en betaalbaar blijven. Zonder geld kun je garanties niet waarmaken. Een plan moet wel op feiten worden gebaseerd. Alleen al over de vraag of de AOW echt onbetaalbaar dreigt te worden, lopen de
meningen van wetenschappers en politici sterk uiteen.
Officiële cijfers: het hoeft niet
Sinds de invoering van de AOW in 1957 is het aantal 65-plussers gestegen en die ontwikkeling gaat door. Nu zijn er vier werkenden per gepensioneerde, over 30 jaar zullen dat er naar verwachting twee zijn. Met meer gepensioneerden zal de AOW meer geld kosten. Op basis van cijfers van CDA-minister Donner en het Centraal
Planbureau kost de AOW ons in 2040 21 miljard meer per jaar dan nu het geval is. Dat is een boel geld. Maar volgens diezelfde cijfers zijn er in 2040 ook meer belastinginkomsten uit pensioenen; wel 19,5 miljard per jaar! Dat laatste vertellen voorstanders van AOW naar 67 er nooit bij!
Eerst maar eens aan het werk tót 65 jaar
Als uit nieuwe cijfers zou blijken dat we op termijn geld tekortkomen voor de AOW, is het de vraag hoe we dat gat gaan dichten. Verhoging van de AOW-leeftijd is namelijk maar één mogelijkheid. Over de andere oplossingen hoor je weinig, zoals het stimuleren van ouderen om vrijwillig door te werken of om te besparen op de hypotheekaftrek
boven de 350 duizend euro. Wat je in verband met de AOW overigens bijna nooit hoort, is dat op dit moment maar
een van de drie mensen boven de 60 nog werkt. Van de 64-jarigen werkt zelfs nog maar 13 procent. De meesten zijn afgedankt, arbeidsongeschikt of solliciteren zich suf, terwijl werkgevers hen niet willen hebben. We hebben het over ruim één miljoen mensen die in overgrote meerderheid onvrijwillig aan de kant staan. Die mensen aan het werk helpen, tikt echt aan: minder uitkeringen en meer inkomsten.
Vestzak, broekzak
Zolang we die één miljoen mensen niet aan de slag krijgen, heeft het verhogen van de AOW-leeftijd sowieso weinig zin. Mensen krijgen dan weliswaar tot hun 67ste geen AOW maar zullen toch ergens van moeten leven. In plaats van AOW worden heel veel ouderen dan afhankelijk van de bijstand. Twee jaar minder AOW, twee jaar meer bijstand – ‘vestzak, broekzak’ dus. En de mensen om wie het gaat, worden dan ook nog eens verplicht om nog eens twee jaar te solliciteren. Wie wordt daar beter van, vraag ik mij af.
‘Handen aan het bed’
Nog een argument dat je vaak hoort: we hebben straks mensen tekort om het werk te doen. Vooral de zorg zal meer handen en hoofden vragen, omdat we met z’n allen – gelukkig – ouder worden. Klopt, maar dat is nou juist een argument om eerst mensen tót 65 jaar aan het werk te helpen. Want een 66-jarige verpleegster die nachtdienst
moet draaien: ziet u het voor zich? Toch is dat precies waar CDA-staatssecretaris Bijleveld op aan lijkt te koersen; zij stelde kort geleden voor om verpleegsters die nu het recht hebben om na hun 55ste jaar geen nachtdienst meer te draaien, dat recht te ontnemen. Zúlke voorstellen werken averechts, want door dit soort beleid ontvlucht verplegend personeel massaal de zorg en worden meer ouderen arbeidsongeschikt. Laten we we ons de komende vijf jaar volledig inzetten om zoveel mogelijk mensen onder de 65 op een creatieve en doordachte wijze aan het werk te krijgen en te houden.
Dat is goed voor die mensen, goed voor de economie en goed voor de schatkist.
65 blijft 65: het kan, het is verstandig én het is sociaal. Aan u de keuze op 9 juni.